“Corona was mijn redding, anders had ik er allang af gelegen.”

“Corona was mijn redding, anders had ik er allang af gelegen.”

August 2021

Man In The Shirt

Hij is vanaf januari 2019 partner bij Maicon*. Als consultant en projectmanager werkt Jelle van der Schaaf als 33-jarige gelouterd en gedoseerd. “Je stapt de ring in en voelt je sterk, fit, je hebt goed getraind, want al die studiejaren neem je mee. En dan? Krijg je ze links en rechts om de oren. De praktijk slaat toe.” Een gesprek over drijfveren en de bumpy road naar de top.


”De eer gaat naar de man die zich daadwerkelijk in de arena bevindt, wiens gezicht ontsierd is door stof, zweet en bloed "- citaat Theodore Roosevelt in Parijs, 1910. In de portretserie "Man in the Shirt" ontmoeten de zakenmensen van BARONS de gemene deler die zichzelf in en op het spel hebben gezet. Waar vinden ze moed? Wat is het belangrijkste dat ze onderweg hebben geleerd? En wat kunnen wij anderen van hen leren?



Vechtlust


Hij durft genadeloos in de spiegel te kijken. Spaart zichzelf geenszins. Aan zelfvertrouwen geen gebrek, aan zelfkennis ook niet. ‘Ik was een vervelend jongetje. In het gezin de enige zoon, want twee jongere zussen en één oudere, en ook de enige die wel eens op het politiebureau zat.

De eerste keer dat het gebeurde belden de agenten mijn vader: ‘Je zoon zit hier.’ ‘Mooi,’ zei mijn pa, ‘houd hem daar maar even.’


Harde leerschool, harde jongen. De jonge Jelle vocht nogal eens. ‘Rechtlijnig als ik was, kreeg ik snel ruzie. Dat begon al bij de kleuterjuf en trok zich door tot en met de middelbare school. Ik was recalcitrant, geen wonder met al die meiden thuis. Ik moest tegen hen opboksen.’

Het vechten zat overal. 'Iedereen was slim in ons gezin en één zus kon zo goed dansen dat ze naar de ballet academie in Amsterdam ging. De lat lag bij ons altijd hoog. Onbewust sluipt het er dan in: overlevingsdrang. Dat gevoel van: ik wil ook naar die top. Competitiedrang. Mijn vader had het ook heel sterk. Hij zat –net als ik nu- in de consultancy én hij was keeper in het tophockey.'



 

Het gebaande pad is niks voor mij

 

In zijn familie barstte het van de zusjes en nichtjes, als man stond Jelle er behoorlijk alleen voor. ‘Alle aandacht ging naar de vrouwen. Wat was mijn rol?’ Al snel had hij geleerd dat hij het zelf moest doen, dat hij zelf een stip op de horizon moest zetten. ‘Ik wilde een carrière. En het liefst wilde ik daarbij de ondernemende kant op. Hoewel dierenarts en tekenaar ook aanlokkelijke beroepen voor me waren, ben ik altijd geïntrigeerd geweest door dingen die kunnen groeien. De beurs. Het spelen. Zo ben ik de business-kant opgegaan.’

Ook nu weer: zijn liefde voor een eigen pad was sterker dan wat dan ook.

“Ik wilde wel werken bij een van de Captains of Industry, maar het voelde nooit goed in het gareel te moeten lopen.

‘Ik heb in Engeland gewerkt en daar zaten we met 35 man. Het was heel zichtbaar wat iedereen deed. Vervolgens wilden ze me stationeren in Afrika, maar dat zag ik niet zitten. Te ver. En ik bouwde niks op. Dag in dag uit in hotels leven klinkt wel mooi, maar dat gaat zo snel vervelen.’

"Ik vond werken heerlijk. Dat hele schooltraject duurde me veel te lang, ik kon niet stilzitten en voelde een en al ongeduld. Pas toen ik van de HBO afging, voelde ik: hey, dit gaat wat worden. Eerst studeerde ik in Zwitserland, vervolgens werkte ik dus in Engeland, zo trad ik in de voetsporen van mijn vader die ook veel in het buitenland verbleef. Wat je daarvan leert is: voor jezelf zorgen. Niemand anders gaat het voor je doen. 

 



Crisis

 

Thuis ging het inmiddels niet goed. ‘Ik vertrok naar Zwitserland toen precies op dat moment de scheiding van mijn ouders plaatsvond. Vergeet het nooit meer. Ik vertrok op een zaterdag, de donderdag ervoor vertelden ze hoe het er voor stond: ‘Wij gaan uit elkaar.’

Vervolgens zit je duizend kilometer verderop je telefoontjes naar huis te plegen. Dat was niet fijn. Toen ik terugkeerde, bleek de ellende nog groter te zijn geworden. We zaten als gebroken gezin in een emotionele achtbaan, in de wereld brak een financiële crisis uit en waar we het in mijn jeugd altijd zo goed hadden gehad, moest mijn moeder ineens rondkomen van bijna niks. Dat was zo’n verandering. Ik besloot: dit is niet wat ik wil. Wat er ook gebeurt: dit nooit. Ik ben kneiterhard gaan werken. Vier uur slapen per nacht moest maar voldoende zijn.’

Hij trok de lijn genadeloos door. Totdat er in 2020 een nieuwe crisis kwam: die van een pandemie. Corona.

“Dat was mijn redding. Ik was al jaren als een malloot aan het werken. Als corona niet was gekomen, had ik er allang afgelegen.”

Dat hij in sneltreinvaart op de burn-out af raasde, was onvermijdbaar? ‘Ik had bij mijn ouders gezien hoe snel iets zomaar kan afbrokkelen. Mijn vader belde me vorig jaar nog voor hulp, ik was zo’n beetje zijn vangnet. Best heftig. Die totale omwenteling heeft me enorm getriggerd. Ik móest zelf een goede basis creëren waarop ik kon vertrouwen. Ik had de borden ‘Executieveiling’ gezien, die wilde ik nooit meer tegenkomen. De angst dat de bel gaat en de deurwaarder op de stoep staat: die is verschrikkelijk. Die angst is een van de twee motoren waarom ik zo hard werk. De andere is de ultieme drang iets heel moois neer te zetten. Maar ik besefte heel goed dat als ik dat laatste onbezorgd wilde nastreven ik nooit zorgen moest hebben over financiële stress. Ik moest de volledige focus kunnen hebben op waar ik zo graag aan werk. En die focus moest ik zelf pakken.’




Het moet een beetje koud zijn


Eigen pad. Hard werken. Het goed doen. Angst en droom als drijfveren. Jelle van der Schaaf in een notendop.

“Als het thuis te warm is, wordt mijn gevoel gevoed met het idee ‘ha fijn, het is goed zo’. Dat maakt tevreden en lui. Je moet het juist een beetje koud hebben, dat houdt scherper.”

Mooie metafoor. Past hem. Hij is geen man van grote halen en snel thuis, zijn carrière is gebouwd op intelligentie en vele kleine stenen die tezamen een fundament zijn gaan vormen. ‘Ik geniet het meest van kleine succesjes. Als ik een goede feedback krijg op een presentatie vind ik dat heel leuk. Of dat er besluiten worden genomen waardoor je verder kunt. Het met elkaar op één lijn komen op basis van argumenten, waarna je weer verder kunt groeien, dat is essentieel.  Stilstaan en status quo vind ik verschrikkelijk. Ik kan niet eens vijf minuten stilzitten op de bank.’

Lacht: ‘Ik word ook wel eens gek van mezelf, hoor.’



“Ik was altijd bezig. Sliep zo weinig, stond altijd aan. Dat is niet vol te houden. Ik trainde niet meer, at altijd snel. Dan zie je de ballonnetjes een voor een voor je neus wegvliegen. Je sport, je vrienden, je familie. Het mooie is: ballonnen blijven altijd even hangen. Als je inziet waar je mee bezig bent, kun je ze toch nog pakken. Als je doorsnelt of het niet ziet, vliegen ze uiteindelijk weg. Gelukkig, door corona, kreeg ik de kans even te blijven staan en drong tot me door dat ik die ballonnen nog altijd voor het grijpen had.”

Door corona mocht je ineens nergens meer heen. Dat was mooi, want dan gingen de reistijden er alvast af. Alles kwam meer tot rust. Ik kreeg een veel betere balans. Ik neem nog steeds de stappen, maar beter, want veel minder ad hoc en gehaast. Het is allemaal wat meer doordacht en het mooie is dat ik daar de resultaten van zie. De kwaliteit van mijn werk is hoger.’


Samen kom je alsmaar hoger


Cruciaal is wel dat iedereen graag omhoog moet willen.

Door de jaren heen is hij steeds beter en meer naar mensen gaan kijken. ‘Ik ben nu 33, nog altijd jong, maar ik werk al heel wat jaren en heb geleerd echt te luisteren. Als je van school komt, denk je: ik weet het allemaal wel.

Je stapt de ring in en voelt je sterk, fit, je hebt goed getraind, want al die studiejaren neem je mee. En dan? Krijg je ze links en rechts om de oren. De praktijk slaat toe.

Ik kwam erachter: zo werkt het niet. Ik heb geleerd na te denken: wat bedoelen mensen eigenlijk met wat ze zeggen? Wat is de boodschap? Het is niet altijd zoals jij het hoort of leest, er zit vaak meer achter. Door beter en vooral dieper te luisteren leer je mensen beter begrijpen, te interpreteren en kun je daar beter op acteren. Uiteindelijk levert dat veel meer synergie op.’



Ondernemerschap en sport


Opvallend hoe vaak hij metaforen uit de sport betrekt op zijn werk. Geen toeval. ‘Nee, ik leg heel nadrukkelijk een verband tussen mijn sport, kickboksen, met mijn werk. Ik heb veel overeenkomsten ontdekt. Kickboksen is een gecontroleerde uitlaatklep, omgeven met symboliek. Net als in je werkende leven moet je bij kickboksen eerst een groeibasis creëren. Als je niets hebt om op terug te vallen, als niets vertrouwd is, kun je het schudden. Je moet bij boksen dat besef hebben dat je klap op klap gaat krijgen. Daar kom je niet onderuit, zoals tegenslagen bij je werk horen. De vraag is niet of die klap komt, de vraag is hoe je er mee omgaat. Hoe kun je incasseren. Zie je iedere tik als een tegenslag of kun je die tik goed pareren en weer verder? Daarbij is het hebben van respect cruciaal. Als je dat mist, ben je nergens. Dan loop je steeds vol op de klappen.’

Hoe slaat hij de brug naar zijn professie? ‘Net als bij kickboksen gaat het om die ene vraag: hoe kun je je onderscheiden. Iedereen kan wel een trap of klap uitdelen, maar wat is je tactiek, wat is je gedachtegoed? Agressie is niet waar het om gaat, je moet fysiek en mentaal gewoon top zijn. In je privé is dat niet anders. Als je je in een relatie of vriendschap verder wilt ontwikkelen -en dat wil ik-, dan moet je steeds willen groeien. Mijn partner wordt daar wel eens moe van, zij zegt: ‘Houd dat bij jou wel eens op, of moet je altijd weer door?’ Maar ik geloof in trainen, trainen, trainen. Dat je constant in je brein ermee bezig bent: waar staan we nu, waar willen we naartoe en hoe komen we daar? Kunnen we dat zelf of hebben we daar hulp voor nodig?’

Met een personal trainer, ‘106 kilo spieren’, geeft hij met zijn bedrijf ook clinics in kickboksen. Dikke lol verzekerd. ‘Klanten vinden het heel leuk. Even die ring in. Even dat respect voelen, even dat slaken van die Japanse kreet osu (spreek uit als oes) die duwen en verdragen betekent en uitgesproken wordt om te laten zien dat je moet doorzetten als je iets wilt bereiken. Dat is de hele gedachte erachter: je bewandelt een weg en daar hoort doorzetten bij. Het komt allemaal niet zomaar.’



Hoe zijn toekomstige pad zal gaan?


‘Zo lang ik doelen kan halen, blijf ik doen wat ik nu doe, maar zodra een organisatie gaat stilstaan waar ik verder wil, is het tijd om te gaan. Voor nu focus ik er vooral op dat iedereen rondom mij met plezier werkt en dat er een moment komt dat niemand meer weet dat ik degene was die het bedrijf ooit gestart is. Een bedrijf zonder begin- en einddatum, een organisch geheel, een beleving bijna, dat lijkt me geweldig. En als ze me later herinneren, ze zeggen: dat was de man met wie ik graag een relatie aanging, hij was de man die benoemde wat goed ging. En net als in de sport wil ik altijd blijven groeien door stapje voor stapje de berg op te gaan. Ik kan wel roepen dat ik de volgende Google wil worden, maar je doelen moeten wel realistisch zijn. Belangrijkste is dat je altijd een doel hebt.’

 

 Jelle van der Schaaf in The Consultant


MAN IN THE SHIRT ”De eer gaat naar de man die zich daadwerkelijk in de arena bevindt, wiens gezicht ontsierd is door stof, zweet en bloed "- citaat Theodore Roosevelt in Parijs, 1910. In de portretserie "Man in the Shirt" ontmoeten de zakenmensen van BARONS de gemene deler die zichzelf in en op het spel hebben gezet. Waar vinden ze moed? Wat is het belangrijkste dat ze onderweg hebben geleerd? En wat kunnen wij anderen van hen leren?

Facts

Als consultant en projectmanager werkt Jelle van der Schaaf als 33-jarige gelouterd en gedoseerd. In zijn familie, waar de lat altijd hoog lag is zijn competitie drang al vroeg begonnen. Al knokkend heeft hij zijn weg weten te vinden en is sinds januari 2019 partner bij Maicon*. MACOIN is een jong onafhankelijk projectmanagement - en business consultancybureau, dat zich focust op het snijvlak van business en ICT bij gemeentes, zorginstellingen en waterschappen.